Doelstellingen
De 10 thematische doelstellingen van de Be Sustainable-aanpak stellen partners en leden van het Be Sustainable-netwerk in staat een gemeenschappelijke ambitie te delen, een essentiële stap om de overgang naar duurzamere praktijken te waarborgen. Deze doelstellingen passen in de logica van de duurzame ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties en het Regionaal Plan voor Duurzame Ontwikkeling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (PRDD), in overeenstemming met andere strategische regionale plannen (natuurplan, waterbeheerplan, lucht-klimaat-energieplan, geluidsplan, mobiliteitsplan, enz.).
Door na te denken over deze 10 doelstellingen kan een sterke visie worden ontwikkeld vanaf de start van het project en kan de richting voor de gehele duur van de uitwerking van het project worden bepaald. Deze 10 doelstellingen structureren het geheel van de Be Sustainable-initiatief.
Visie
De wijken of grondgebieden in transitie in Brussel integreren tien transversale duurzaamheidsdoelstellingen. Door deze doelstellingen in alle fasen van de ontwikkeling van een project te hanteren, wordt beoogd het Gewest veerkrachtiger te maken tegen klimaatveranderingen en milieuproblemen. Het doel is ook om een kwaliteitsvolle leefomgeving en een rechtvaardige transitie voor iedereen te garanderen.
In plaats van een optelsom van technische en eenzijdige oplossingen, streeft de aanpak naar een geïntegreerde benadering en een optimaal en systemisch verband met de context van de wijk, zijn identiteit, en al zijn milieukenmerken, ruimtelijke, economische en sociale aspecten. Deze elementen vormen de visie voor de volledige duur van de ontwikkeling van het stedelijk project.
Governance en participatie
Het bestuursproces van het project is gebaseerd op een collaboratieve en participatieve aanpak die alle doelgroepen betrekt en zich inschrijft in een duurzame financiële strategie.
Het project steunt op:
- een duidelijke bestuursstrategie die aan de verschillende belanghebbenden wordt gecommuniceerd,
- een participatieproces dat is aangepast aan de context en waarde toevoegt om tegemoet te komen aan de verschillende behoeften,
- een ontwikkelingsaanpak die gebaseerd is op een model van regelmatige evaluatie, waarbij de financiële, technische en methodologische haalbaarheid van de duurzaamheidsdoelstellingen grondig wordt onderzocht.
Sociaal en economie
De wijk of het grondgebied beschikt over een sociaal, economisch, commercieel en cultureel levendige omgeving en een inclusief en aanpasbaar stedelijk weefsel.
Het project speelt in op de behoeften van bewoners en gebruikers op sociaal, economisch, cultureel en recreatief grondgebied en biedt een evenwichtige dichtheid en een mix van functies die bijdragen aan de lokale stad. Inclusie, toegankelijkheid, en aandacht voor generaties en genderdimensies worden ook nagestreefd om een rechtvaardige transitie te waarborgen.
De principes van de circulaire economie worden toegepast, onder andere door het bevorderen van tijdelijk gebruik en gemeenschappelijk gebruik van ruimtes, het stimuleren van hergebruik en delen van objecten en ruimtes en het verwelkomen van economische activiteiten die deze principes in de praktijk brengen.
Ruimtelijke ontwikkeling
De wijk of het grondgebied beschikt over open en bebouwde ruimtes die structurerend, toegeëigend en aanpasbaar zijn in de tijd en aangepast aan de omgevingscontext.
Het project structureert een netwerk van kwalitatief hoogwaardige aaneengesloten open ruimtes en optimaliseert de grondoppervlakte van gebouwen met het oog op het behoud van de lokale grondstoffen.
In de context van klimaatverandering dragen het behoud en de creatie van hoogwaardige aaneengesloten open ruimtes bij aan het verminderen van stedelijke hitte-eilanden door een koeltenetwerk te creëren, bevorderen ze de aanpassingscapaciteit en streven ze naar een verbetering van de levenskwaliteit in het perspectief van een veerkrachtige stad. De open ruimtes ondersteunen verschillende functies: verblijf en recreatie, maximalisatie van onverharde grond, natuurontwikkeling, geïntegreerd regenwaterbeheer, stadslandbouw, enz.
Mobiliteit
De wijk of het grondgebied faciliteert duurzame en veilige mobiliteit. Het versterkt de ambities van de lokale stad en respecteert het STOP-principe (dat een prioriteitsvolgorde toepast voor de verschillende vervoerswijzen: te voet-fiets-openbaar vervoer-auto).
Het project houdt rekening met de mobiliteitsaspecten op een brede schaal en integreert zich in regionale plannen, strategieën en netwerken, gebaseerd op klimaat- en milieubeloften. In zijn inrichting houdt het rekening met de verschillende vervoerswijzen en behoeften, optimaliseert het de volledige toegankelijkheid, bevordert en stimuleert het gebruik van actieve vervoerswijzen, het openbaar vervoer en gedeelde mobiliteit voor alle gebruikers, en minimaliseert het autoverkeer en parkeerruimte in de openbare ruimte.
Ontwikkeling van de natuur
De wijk of het grondgebied bevordert de ontwikkeling van natuur en biodiversiteit in een netwerklogica, waarbij rekening wordt gehouden met ruimtelijke, landschappelijke, ecologische, sociale en gezondheidsaspecten.
Het project streeft naar het behoud en de ontwikkeling van natuur in stedelijke grondgebieden door een ecologische en multifunctionele strategie voor open ruimtes te hanteren. Deze strategie bestaat uit twee hoofdcomponenten:
- De ecologische dimensie ("de natuur omwille van zichzelf") richt zich op het behoud of herstel van evenwichtige, diverse en goed verbonden ecosystemen binnen het ecologische netwerk, geschikt om biodiversiteit te bevorderen en om de belangrijkste ecosysteemfuncties te waarborgen. Dit ecologische netwerk is vaak verbonden met het hydrologische netwerk en de strategieën voor geïntegreerd regenwaterbeheer en de maximalisatie van onverharde grond.
- De sociale dimensie ("de natuur ten voordele van iedereen") streeft ernaar de natuur zichtbaar en toegankelijk te maken voor het publiek, sociale interacties, ontspanning, bewustwording, spel en voedselproductie te bevorderen. Het biedt ook oplossingen voor aanpassing aan klimaatverandering. Natuur biedt daardoor essentiële ecosysteemdiensten die bijdragen aan de levenskwaliteit in stedelijke grondgebieden.
Watercyclus
De wijk of het grondgebied beschikt over een waterbeheerstrategie die water integreert als een kostbare hulpbron om te behouden, als een risico om te beheersen met betrekking tot toenemende overstromingen in de context van klimaatverandering en als een kans om de stad veerkrachtiger te maken en de leefomgeving te verbeteren.
Om een effectieve strategie te ontwikkelen, omvat het project al deze aspecten door een aanpak te hanteren die:
- Een landschapsstrategie volgt in een netwerklogica om zo dicht mogelijk bij de natuurlijke watercyclus te functioneren, door gebruik te maken van op de natuur gebaseerde oplossingen.
- Geïntegreerd regenwaterbeheer (GIEP) in nauwe samenhang met duurzaam bodembeheer en natuurontwikkeling implementeert.
- De waterbronnen beschermt door de kwaliteit te bevorderen en het verbruik van drinkwater te minimaliseren.
Fysieke omgeving
De wijk of het grondgebied houdt rekening met parameters zoals de bodemkwaliteit, het akoestisch comfort, de luchtkwaliteit, het visuele comfort, de windeffecten, ... om een positieve invloed op de levenskwaliteit en het milieu te bevorderen.
Het project houdt vanaf de eerste ontwerpfase rekening met de fysieke milieuparameters, met als doel enerzijds de levenskwaliteit en gezondheid van de gebruikers te verbeteren, en anderzijds de impact op het milieu te verminderen met betrekking tot:
- geïntegreerd bodembeheer: beperking van bodemverharding, bevorderen van gebruik in overeenstemming met de kwaliteit ervan, maximalisatie van levende bodems, identificatie en behandeling van vervuilde bodems;
- akoestisch comfort: rekening houden met geluidgevoelige zones, optimaliseren van de vorm en positie van volumes, optimaliseren van de keuze van materialen;
- luchtkwaliteit en luchtbewegingen/ visueel comfort/ bescherming tegen elektromagnetische invloeden;
- de organisatie van de bouwwerf.
Materialen en resources
De wijk of het grondgebied beperkt het gebruik van grondstoffen, zowel tijdens de bouwfasen als in het gebruik ervan, en heeft daarom een circulair ontwerpstrategie.
Het project volgt een circulaire economie-aanpak die erop gericht is het verbruik van grondstoffen zoveel mogelijk te verminderen. Het streeft er met name naar om bestaande constructies en materialen op de site te hergebruiken en te behouden.
Nieuwe gebouwen optimaliseren de mogelijkheden voor toekomstige gezamenlijke projecten, aanpasbaarheid of herbestemming. Het doel is om toekomstige aanpassingen te realiseren met zo min mogelijk materiaalverlies en afval. De materiaalkeuze wordt gemaakt met het oog op duurzaamheid en langdurige kwaliteit: hergebruikte materialen (in situ of ex situ), ecologische en bio-gebaseerde materialen, circulair, gerecycled of op zijn minst recyclebaar, demonteerbaar.
Het project stimuleert het hergebruik en delen van objecten, evenals afvalscheiding, afvalreductie en afvalvalorisatie.
Energie
De wijk of het grondgebied heeft een koolstofarme strategie door het primaire energieverbruik te beperken en maximaal gebruik te maken van beschikbare hernieuwbare energiebronnen.
Het project ziet de kans om een algemene strategie te ontwikkelen op wijkniveau in de vorm van een energie-masterplan, dat op twee schalen zal worden toegepast:
- Op wijkniveau wordt de ontwikkeling van collectieve renovatie-initiatieven en vermindering van de vraag bevorderd. Het project streeft er ook naar om het potentieel van koolstofvrije hernieuwbare energie op de hele site of wijk te maximaliseren, en overweegt systematisch de oprichting van een lokaal thermisch energienetwerk en/of een energiegemeenschap.
- Op gebouwniveau verbetert het project de energieprestaties van de constructies door gebruik te maken van "climate responsive design", met de voorkeur voor low-tech oplossingen en koolstofvrije hernieuwbare energiebronnen voor resterende energiebehoeften.
Het "Energie"-doel is afgestemd op het doel "Materiaal en grondstoffen" dat gericht is op het verminderen van de milieueffecten van de toegepaste materialen.